Blog: Lange zinnen
10 juni 2022
Mijn benen willen vaak niet. Dan zijn ze stijf. Net stelten. Door die stijve benen buig ik mijn knieën onvoldoende. Omdat ik mijn knieën onvoldoende buig, wikkel ik mijn voeten niet goed af. Omdat ik mijn voeten niet goed afwikkel, til ik ze onvoldoende op. Omdat ik ze onvoldoende optil, stoot de neus van mijn schoen vaak tegen ongelijke stenen op de stoep. Meestal mijn rechtervoet.
Van huis uit ben ik in 1100 stappen op en neer naar Albert Heijn. Inclusief de stappen die ik in de winkel maak, amper een kilometer. Ik telde een keer dat ik me op dat pokkeneindje zevenmaal had verstapt.
Ik biechtte mijn stijve benen op aan mijn oefentherapeute. Ze consta-teerde overal gespannen spieren en deed me een paar oefeningen aan de hand. Ze meldde erbij - ze kent me inmiddels een beetje - dat ik ze beter wat vaker en wat rustiger kon doen dan wat minder vaak met zo veel mogelijk kracht. ‘Het enige doel van die oefeningen is te ontspannen.’ ‘Maar hoe onthoud ik al die oefeningen?’ Ik kreeg een schrift van haar mee: het Oefenschrift ‘Zorg voor bewegen’, uitgegeven door de Vereniging van Oefentherapeuten Cesar en Mensendieck. Ze is zo vriendelijk de oefeningen in steekwoorden in mijn schrift op te schrijven en er voor alle duidelijkheid een paar tekeningetjes van een-dimensionale mannetjes bij te maken. Die mannetjes moeten mij voorstellen. Ze doen me denken aan de gelede poppetjes die je tekent als je galgje speelt.
Op de glossy omslag van het chique cahier, tegen de achtergrond van een strak blauwe lucht of wat daar voor moet doorgaan, vanaf haar middel een jaloersmakend slanke knappe licht achterover hellende jonge vrouw in beeld met gesloten ogen omdat ze klaarblijkelijk tegen een op de omslag van het schrift niet zichtbare zon in kijkt, rozerode wangen, een teint die verraadt dat ze net een welverdiende zonvakantie achter de rug heeft, gelet op de richting van haar donkerblonde wapperende haren met de wind in de rug gefotografeerd, gekleed in een sportief wit T-shirt met daarover een gedeeltelijk en nonchalant openhangend licht grijs vest, die met een stralende glimlach die een gebleekt gebit ontbloot, de armen wijd gespreid, de handen geopend en de vingers licht gebogen, een en al gelukzaligheid uitstraalt, waardoor het er alles weg van heeft dat ze iedereen die haar zo ziet lijkt te willen verlokken om maar veel te bewegen, met als beloning er dan net zo stralend uit te gaan zien als zijzelf.
Als ik mij als een vorm van onschuldig tijdverdrijf van dit soort volstrekt overbodige lange zinnen bedien, is dat meestal een teken dat ik me lekker voel en alles weer een beetje kan relativeren. Vooral mijzelf.