Is twee geneesmiddelen beter dan één?
7 april 2022
Levodopa (L) is de meest frequente behandeling voor de ziekte van Parkinson, maar kan leiden tot zware bijwerkingen, zoals sterke 'ON-OFF'-schommelingen en overbeweeglijkheid. Een alternatief voor L is pramipexol (P), een dopaminereceptoragonist (een chemische stof die werkt door aan de receptor voor dopamine te binden).
Door Werkgroep Wetenschapsnieuws
In een meta-analyse van Wang en collega’s evalueren en combineren de onderzoekers bestaand onderzoek dat heeft gekeken naar mogelijke voordelen van P als aanvullende behandeling op L ('combinatietherapie'), in vergelijking met L als enige behandeling ('monotherapie'). Het (statistisch) combineren van bewijsmateriaal van meerdere studies, in plaats van ze afzonderlijk te bekijken, helpt de onderzoekers om een betrouwbaardere conclusie te kunnen trekken over de behandelingseffecten. Voor hun meta-analyse identificeerden de auteurs 24 Randomized controlled trials, waarin twee groepen werden vergeleken: monotherapie met alléén levodopa vergeleken met combinatietherapie van levodopa en pramipexol. Alle patiënten hadden de ziekte van Parkinson als enige diagnose. Gecombineerd omvatten de studies 1092 patiënten die L + P combinatietherapie kregen en 1079 patiënten die monotherapie kregen. De behandelingsduur in de verschillende onderzoeken varieerde van 2 maanden tot 18 weken. Wat betreft de uitkomstmaten keken de auteurs vooral naar scores op een beoordelingsschaal voor motorische symptomen, complicaties bij activiteiten in het dagelijks leven en mentaal welbevinden.
Uit de meta-analyse blijkt dat de L plus P combinatietherapie de effectiviteit van behandeling aanzienlijk kan verhogen. Scores op de beoordelingsschalen voor motorische symptomen, motorische complicaties in het dagelijks leven en het psychisch welbevinden waren in de L plus P groep beter dan in de met L alléén behandelde patiënten. Ook bleek de frequentie van bijwerkingen bij combinatietherapie lager te zijn.
De auteurs geven aan dat het voornaamste voordeel van P ligt in de mogelijkheid de dosering van L te verminderen en daarmee bijwerkingen bij langdurig L-gebruik te beperken. Op basis hiervan wordt gesuggereerd dat combinatietherapie een betere medicatieveiligheid biedt dan monotherapie.
Samenvattend concluderen de auteurs dat combinatietherapie (L+P) de motorische symptomen en de mentale symptomen van patiënten kan verbeteren en bijwerkingen kan vermijden, als het wordt vergeleken met monotherapie (L).
Opmerkingen van de werkgroep wetenschapsnieuws bij deze publicatie:
Het is belangrijk te melden dat de studies die in deze meta-analyse werden meegenomen vrij kleine steekproefgroottes hadden en geen rekening hielden met de langetermijneffecten van de twee therapieën. Voor de toekomst is daarom meer onderzoek met grotere steekproeven en een langere onderzoeksperiode van groot belang om een volledige inschatting te kunnen maken van de voor- en nadelen van combinatietherapie vergeleken met monotherapie. Dat geven de auteurs zelf ook aan.
Daarnaast wordt niet goed duidelijk welke vóórbehandeling alle patiënten hadden gekregen. Dat is erg belangrijk voor de conclusies die op basis van dergelijk onderzoek getrokken kunnen worden.
Het blijft zeker de moeite waard om te bestuderen wat de beste aanpak is: al vroeg combineren of toch eerst levodopa optimaliseren en pas indien nodig een ander middel toe te voegen. Daarnaast is het van groot belang op individueel niveau te kijken welke medicatie in welke fase van de ziekte tot het beste resultaat leidt.
Bron:
Efficacy and safety of combination therapy with pramipexole and levodopa vs levodopa monotherapy in patients with Parkinson disease, A systematic review and meta-analysis, Wang, Yan MM; Jiang, De-Qi PhD; Lu, Cheng-Shu MM; Li, Ming-Xing MM; Jiang, Li-Lin BS, Medicine: 2021 vol. 100, issue 44, p e27511